Recent opende er in het Liemers Museum in Zevenaar een fraaie, nieuwe solo-expositie van George Geutjes. De tentoonstelling heeft een wat merkwaardige naam meegekregen. Entre la vue et la peinture (‘tussen het zicht/zien en het schilderij’) doet namelijk een impressionistisch beginsel verwachten; een beweging van buiten-binnen-buiten. Geutjes’ werk doet sterker aan een beweging van binnen-buiten denken, wegens een nadruk op emoties. In zijn beeldtaal staat de rode kleur voor de emotie en de blauwe voor ratio; op de expositie is het rood aanzienlijk beter vertegenwoordigd.

Geutjes’ leven wordt in de begeleidende tekst rond de expositie sterk bij zijn kunst betrokken. Zo wordt er vermeld dat er in 1982 MS bij hem is geconstateerd. Tijdens Entre la vue et la peinture is het echter tevergeefs zoeken naar directe verwijzingen naar MS; wat daarentegen wel naar voren komt, is een breder thema: lichamelijk verval. Een titel als Doodsbed spreekt boekdelen, maar ook het grauwe kleurgebruik suggereert verval. Het wit bij Geutjes is niet lelieblank, maar het wit van oud behang: viezig, grijzig. Het zwart is niet inktzwart, maar eerder donkergrijs. Er is geen groot, opvallend contrast tussen zwart en wit; ze verschillen weliswaar, maar staan niet diametraal tegenover elkaar. Geutjes’ menselijke figuren hebben vaak een ongezonde, grijze kleur.

Eenzelfde verhouding als tussen het zwart en wit zie je bij de figuratieve en abstracte elementen. Abstracte vormen suggereren soms menselijke contouren, en op overwegend figuratieve taferelen duiken abstracte vormen op. Doodsbed laat aanvankelijk een witte, schijnbaar vormeloze vlek zien, maar bij nadere beschouwing zie je een man in bed liggen. Hij is net zo wit als zijn lakens. Op Op zoek naar ‘de oorsprong’, of einde? staat een donkere schaduw van een man, en rechts van hem een wat aan Munch herinnerende, grauwe vrouwfiguur. Een realistisch tafereel is het allerminst: de achtergrond en setting zijn ondefinieerbaar, en de verhoudingen tussen de figuren kloppen niet. Een rood vlak bedekt een deel van de vrouw, en een stukje van de man. Er wordt zo een emotionele verbinding gesuggereerd, waardoor het duidelijk wordt dat het vlak niet ‘herkend’ hoeft te worden als iets ‘werkelijks’, maar dat het als symbool fungeert.
Geutjes’ schilderijen zijn geen weergaves van de werkelijkheid, zelfs geen subjectieve weergave daarvan. Eerder fungeren de doeken als een soort verzamelplaats voor verschillende, soms vrij uiteenlopende elementen, die samen een emotionele lading overbrengen. Contrasten vloeken niet direct met elkaar, maar zorgen wel voor wrijving en spanning. Maar het is vooral het lichamelijke verval in Geutjes’ werk dat direct indruk maakt, en dat tot in de grauwe, ‘ongezonde’ kleuren van zijn schilderijen te zien is.
De expositie is nog tot en met 28 februari te zien in het Liemers museum. Klik hier voor de website