Chronographie
Nikita was zeven, in 1998, toen het project begon. Onderuit gezakt en kijkend naar The Simpsons maakte haar moeder een tekening van haar. Het was de moeder niet te doen om een gelijkend portret, ze zocht naar een vorm om de band die ze met haar dochter voelde vast te leggen. Ze besloten er een project van te maken, een moeder-dochter project, elkaar tekenen en schilderen, tien jaar lang, iedere week gedurende twee uur. TIEN JAAR! een periode langer dan Nikita op aarde was. Tijdens de sessies zetten ze muziek op, veel The Beatles. Ook werden er boeken van beroemde schilders bij gehaald. Ze wilden niet in herhalingen vallen, niet uit de herinnering werken of op de automatische piloot. De uitdaging was iedere keer opnieuw: kijken!
Het meisje van zeven dat amper een potlood kan vasthouden volhardt de volle tien jaren. Je maakt mee hoe ze haar motoriek, haar observatievermogen en techniek ontwikkelt. Het gezicht van haar moeder krijgt gaandeweg uitdrukking, we leren de moeder en haar stemmingen kennen in het kleurgebruik, de schaduwen, handgebaren, haardracht, achtergrond en attributen, en soms door een kort opgeschreven gedachte van Nikita. Vice versa gebeurt er uiteraard ook van alles. De moeder, van beroep kunstenares, tekent en schildert haar dochter waarbij ze alle mogelijkheden en technieken uit de kast trekt. Het is niet haar handschrift dat zich ontwikkelt, maar de kleine Nikita die onder haar vingers groot wordt en verandert in een pubermeisje met blond haar, lok over haar voorhoofd.
De mythe van de moeder-dochter band verschijnt hier in een andere vorm: als een stil verhaal’, schrijft de moeder achter in het boek. Nikita: ‘er waren momenten dat ik mijn moeders gezicht echt begreep, hoe ze verdrietig of blij kon kijken zonder dat haar wenkbrauwen fronsten of haar mondhoeken omkrulden. Steeds beter begon ik haar gezicht fysiek te begrijpen, eenvoudigweg door de schaduwen te ontdekken die het volume van haar gezicht vormen. Ik tekende wat ik voelde (bijna) meer dan wat ik zag: een stemming, a special complicity. Dankzij mijn desinteresse in gelijkenis was ik vrijer en minder bang om het fout te doen, daarom durfde ik door te gaan.’
CHRONOGRAPHIE, Dominique Goblet & Nikita Fossoul
L’Association, 2010