Alex de Vries

‘Een schilderij dat ik gisteren heb gemaakt, kan morgen iets anders betekenen’ – op atelierbezoek bij Uwe Poth

Interview
21 november 2025

De projecten van Uwe Poth zijn omvangrijk, kennen tal van uitwerkingen in samenhangende reeksen kleurrijke werken in uiteenlopende technieken. Het zijn geen letterlijke weergaven van de misstanden in de wereld of van het plezier dat hij in het leven vindt, maar verbeeldingen van ervaringen waarvan hij niet op voorhand weet hoe die eruit zullen zien. Wat hij schildert is er een vrije uitwerking van. Alex de Vries bezocht zijn atelier.

Veertig jaar geleden betrok Uwe Poth (Kiel, DL, 1946) samen met Seet van Hout een voormalige timmerfabriek in Nijmegen. Ze verbouwden de werkplaats tot ateliervoorzieningen met woonruimte waar ze sindsdien hun afzonderlijke professionele beroepspraktijken in de beeldende kunst beoefenen. Beide kunstenaars hebben inmiddels een lange en gerespecteerde staat van dienst. Poth wordt volgend jaar, op 10 juni, tachtig; tijd om de stand van zaken op te maken van zijn nog altijd actieve kunstenaarsbestaan waarin tegendelen en verschillen met elkaar worden verenigd.

Uwe Poth is in Kiel aan de Oostzee geboren en dan daarna in Odenwald in de buurt van Darmstadt opgegroeid.
‘Het is echt een Nibelungen gebied. Een streek waar je de mythische geschiedenis kunt ervaren, een beleving die ook voor mijn werk van belang is geweest, omdat daarin de geschiedenis en historische figuren belangrijke referenties zouden worden.’

Al jong nam hij zich voor een kunstopleiding te doen. Hij maakte op zijn vijftiende kennis met Karl Ströher, de eigenaar van het cosmeticamerk Wella die als kunstverzamelaar en mecenas in zijn huis ontvangsten organiseerde met gerenommeerde kunstenaars als gasten. Als vijftien- en zestienjarige kwam Uwe Poth daar met een klasgenoot regelmatig over de vloer. Hij ontmoette er kunstenaars als Arp en Dubuffet zonder dat de uitzonderlijkheid van die ontmoetingen tot hem doordrong.
‘Ströher vond het niet alleen eervol om die grote kunstenaars te ontvangen, maar beleefde er ook genoegen aan dat de mensen uit zijn omgeving met eigentijdse kunst kennismaakten en dat er dan twee jonge scholieren enthousiaste bezoekers waren vond hij ook mooi.’

Uwe Poth - land in zicht - olieverf op doek - 195 cm x 250 cm
Uwe Poth - pantheon - installatie van 86 van 140 schilderijen in PAN Kunstforum-Emmerich DE
Uwe Poth - pantheon -installatie van 85 van 140 portretten in Berlijn Schloss Charlottenburg

De kunstenaars van de Spaanse materiekunst zoals Tapies en Saura maakten indruk op de jonge Uwe. In de gesprekken die hij daar voerde kwam de vraag op: ‘Wil jij dat niet ook worden, kunstenaar?’
In die tijd tekende hij al en kreeg hij het advies ‘altijd te tekenen wat je in je hoofd hebt, wat je voor ogen hebt, en niet af te beelden wat ervan je verwacht wordt.’
Uwe Poth: ‘We gingen eens naar buiten om een kerk te tekenen, maar daar stond een boom voor, dus ik tekende die boom en niet de kerk. Ik had die boom in mijn hoofd. Ik teken wat op me afkomt. Natuurlijk kan ik over mijn gevoelens praten, maar het gaat er in de kunst om hoe die eruitzien, niet letterlijk maar in je verbeelding. Ik ben gedreven om dat te laten zien. De zin ervan veroorzaakt een bepaalde nervositeit vanuit mijn verbazing over de werkelijkheid waaraan ik verslaafd ben. Ik probeer een constructieve omgang te hebben met conflicten in het leven en de wereld. Voor mij is een leeg vel papier waarop ik een tekening kan maken ook al een vorm van een conflict.’
Vijfenzestig jaar later heeft hij die tekening van de boom nog altijd in bezit, het begin van een kunstenaarschap.

Na de middelbare school wilde hij kunst studeren, maar dat was vooralsnog een stap te ver in het milieu waarin hij opgroeide. Daar leefde eerder de verwachting dat hij loodgieter zou worden. Er werd een compromis gevonden in een technische tekenopleiding aan de Zeichenakademie in Hanau. Een jaar later stapte hij over naar de Werkkunstschule in Offenbach.
Al op zijn negentiende had hij zijn eerste expositie in Galerie im Schloss in Darmstadt en in hetzelfde jaar, 1965, ook in Galerie Sachsenhausen in Frankfurt.
In Ulm liet hij zijn werk aan de Braziliaanse kunstenaar Almir Mavignier (1925-2018) zien die als professor aan de Hochschule für Bildende Künste in Hamburg was aangesteld.
Mavignier reageerde enthousiast op het werk van Poth en nodigde hem uit naar de academie in Hamburg te komen. Hij zag zijn kans schoon en liet zijn leven in Darmstadt achter zich en werd in Hamburg door Mavignier onder diens hoede genomen. Het was 1968, Poth was 22; hij zou in 1975 in Hamburg afstuderen
‘Na een jaar was de chemie tussen Mavignier en mij min of meer uitgewerkt en ik heb uiteindelijk mijn studie voltooid bij Franz Erhard Walther. Het was een tijd waarin de conceptuele kunst de boventoon voerde en ik werd daar sterk door beïnvloed. Er waren kunstenaars als Sigmar Polke, Ulrich Rückriem, Gotthard Graubner en Jospeh Kosuth aan de academie verbonden. Academiegenoten waren Isa Genzken, Lili Fischer, Martin Kippenberger en Rebecca Horn die ook vanuit Odenwald naar Hamburg kwam. In Duitsland leer je dat je je moet uitspreken als kunstenaar. Je moet je kunnen verdedigen. Toch wil ik als kunstenaar geen missionaris zijn die zegt hoe het moet.’

Uwe Poth - Nibelungen Schatz - Rheingold olieverf on canvas 185 cm x 130 cm
Uwe Poth - Rheingold olieverf op linnen 170 x 140cm

In Hamburg begon Uwe Poth met drie andere kunstenaars aan de Kleine Reichenstrasse 7 de presentatieruimte vor-Ort, een term die in de mijnbouw wordt gebruikt als aanduiding dat er ter plaatse delfstoffen worden gewonnen. Tegelijkertijd studeerde hij aan de universiteit sociologie en pedagogiek.
‘We maakten een plattegrond van de ruimte, die uit twee zalen bestond en stuurden die op aan kunstenaars in de hele wereld met de vraag daar een voorstel voor te maken dat vervolgens ter plaatse werd gerealiseerd. Veel van die voorstellen betroffen performances. Ikzelf maakte in die tijd werk waarin ik de verhouding van mijn lichaam tot de plek bepaalde, bijvoorbeeld door die in alle richtingen te bestrijken. Ik bepaalde mijn positie in de ruimte door schilderkunstig te handelen in de tijd, terwijl ik later het schilderen als zodanig tot stand bracht. Het was toen nog een serie bewegingen, minimalistisch en constructief. vor-Ort heeft vier jaar bestaan en over het programma is een boek gemaakt.’

Tijdens zijn periode in Hamburg werkte Uwe Poth ook enige tijd, vanuit de filmklas van de academie, voor de Duitse televisie. Voor de ZDF werkte hij onder meer mee aan de Duitse versie van Sesamstraat. Zo schoolde hij zich als multimediakunstenaar waardoor hij zich later als schilder een programmatische manier van werken eigen maakte: langdurige samenhangende projecten die in de loop van de tijd een andere intentie en uitwerking kunnen krijgen.
‘Een schilderij dat ik gisteren heb gemaakt, kan morgen iets anders betekenen. Als ik nu oud werk op sociale media plaats krijg ik heel andere reacties dan toen ik het maakte. Het voorbijgaan van de tijd heeft invloed op wat ik maak en dat wil ik bewust gebruiken in mijn werk.’

Een eerste grotere presentatie had Uwe Poth in 1979 in de Kunsthalle Hamburg met de tentoonstelling Kunst vor der Halle in zijn geboortestad Kiel. ‘De Kunsthalle zu Kiel ligt aan het water en strekt zich honderdtwintig meter uit langs de Förde. Ik liet daar Seebilder zien, foto’s van de manier waarop het water op het land botst, een gebied waar twee uitersten tegen elkaar aan stoten en een gezamenlijk beeld vormen.’
Seebilder bestond uit een grote reeks foto’s, een continuüm van zowel ruimte als tijd. Deze manier van werken zou in de praktijk Van Uwe Poth steeds verder worden uitgebouwd. Zijn schilderijenseries beslaan lange periodes, zelfs meerdere decennia waarbij hij verf, foto’s, teksten en andere elementen in samengesteld werk combineert die hij deels uitvoert als ‘montages’.
Dat geldt zeker voor het project Pantheon waaraan hij in 1974 begon en dat hij in 2004 afsloot met in totaal 140 werken waarin hij steeds van een stad die hij had bezocht zestien eendere ansichtkaarten tot een caleidoscopisch beeld componeerde.

‘Het begon in Rome waar ik het Pantheon bezocht waar Rafaël begraven ligt. De historische betekenis van het gebouw frappeerde me. Het was al vijftienhonderd jaar oud toen Michelangelo zijn ontwerp voor de Sint-Pieter erop baseerde. Het plafond – la cupola – van het Pantheon met de opening van negen meter in doorsnee bestaat uit 140 cassettes en ik stelde me voor hoe Rafaël vanuit zijn graf naar het hemels paradijs keek, naar die 140 beelden. Ik heb daarom om te beginnen 140 olieverfschilderijen van elk 100 x 100 cm gemaakt. Een tweede uitvoering bestaat uit 140 geschilderde olieverfportretten van elk 65cm x 45cm. Een derde serie ben ik gaan maken door in de steden waar ik kwam steeds een reeks van zestien dezelfde ansichtkaarten te kopen die geschikt waren voor de montages die ik voor ogen had. Ik hanteerde daarvoor het principe van de permutatie, de rangschikking van elementen in een specifieke orde. Ik kon iedere ansichtkaart op de vier hoeken laten draaien, zodat ik tot zestien afbeeldingen kwam die steeds anders op elkaar aansluiten in vier rijen van vier. Iedere montage vormt een reflectie van de stad waar ik ben geweest. Door de verschuiving van het beeld verandert de werkelijkheid zoals we die kennen. Er ontstaat in de aanraking van de kaarten onderling in het beeld een verloop van contrasten, een vervloeien van tegenstellingen in een surreëel beeld.’

Uwe Poth - 2 portretten in een krijt op papier 48 x 48cm
Uwe Poth - 2 portretten in een krijt op papier 48 x 48cm

In 1979 bezocht Uwe Poth voor kunstruimte vor-Ort een aantal ateliers in Nederland. Via zijn Duitse collega Ewerdt Hilgemann die in 1970 naar Nederland was verhuisd met zijn vrouw Atoinette de Stigter – die later galerie Art Affairs zou stichten – kwam hij in aanraking met hun initiatief Symposion in het Badhuis te Gorinchem. In 1974 hadden zij daar, gesteund door plaatselijke ondernemers met Bert van Meteren als projectleider, voor het eerst een programma georganiseerd met internationale gastkunstenaars. Poth meldde zich daarvoor aan en kreeg voor drie maanden de beschikking over het gastatelier en mocht een tentoonstelling en een publicatie maken: uwe poth, gorcum project kunstinformatie 28, september 1980. Het Zwitserse tijdschrift Kunstnachrichten besteedde in september 1981 uitgebreid aandacht aan Symposion en aan het project van Uwe Poth. Hij had inmiddels besloten zich blijvend in Nederland te vestigen en werd door kunstbemiddelaars als Philip Peters in projecten, tentoonstellingen en beschouwingen opgenomen. Na verloop van tijd ontmoette hij kunstenaar Seet van Hout met wie hij zich in 1985 definitief in Nijmegen vestigde. Hij kreeg een betrekking als docent aan de AKI in Enschede waaraan hij tot 2006 verbonden zou blijven. Hij is nu nog altijd actief als begeleider in het programma Upgraders in Art in Arnhem van Loukie von Freybrug die mensen met een kunstopleiding in de tweede helft van hun leven in staat stelt zich te heroriënteren op de kunstpraktijk door hun werk te verdiepen in gesprek met professionele adviseurs.

Op de AKI had Uwe Poth als docent een eigen positie door zijn universitaire opleiding in de pedagogiek en zijn internationale kunstpraktijk. Met directeur Sipke Huismans nam hij in 1988 in Dessau, waar het Bauhaus toen was gevestigd, deel aan de oprichting van AIAS/International Association of Independent Art and Design School. Daardoor kreeg hij de gelegenheid om als gastdocent te werken aan onafhankelijke kunstopleidingen in New York en Xi’an, China. Poth leidde vanaf die tijd als coördinator het internationale uitwisselingsprogramma van de AKI met andere leden van AIAS over de hele wereld.
‘We deden dat op basis van studentenruil. Studenten konden in elkaars stad gebruik maken van de woonruimte en de studiefaciliteiten. Je zou denken dat zo’n internationale oriëntatie van studenten door het onderwijsteam zou worden toegejuicht maar Sipke Huismans en ik kregen met veel weerstand te maken. Met name de schilderafdeling was ertegen gekant om studenten drie maanden naar het buitenland te laten gaan, omdat het hun ontwikkeling niet ten goede zou komen. Daar dacht ik anders over. Als docent heb ik studenten nooit willen voorschrijven hoe het moet. Ik wil alleen iets losmaken vanuit de vraag “Wat houd je bezig?” en niet vanuit de vraag “Laat maar eens zien wat je hebt gemaakt”, om dat vervolgens te prijzen of met de grond gelijk te maken al naar gelang je eigen kunstopvattingen.’

Uwe Poth - installatie schrijven op locatie- Krabbedans in Eindhoven
Uwe Poth - installatie schrijven op locatie - UKS in Oslo
Uwe Poth - installatie schrijven 7 dagen op locatie - Robert Hull Fleming Museum in Burlington/USA
Uwe Poth - schrijven op locatie- in het bos in Enschede – herfst - olieverf op doek

Uwe Poth heeft zich in zijn kunstenaarschap van begin af rekenschap gegeven van zijn positie in de wereld van de eigentijdse kunst en de geschiedenis. In 1980 nodigde hij mensen die hij in Nederland tegenkwam uit voor het project ‘A Message to Uwe Poth’ die hij verzamelde in een publicatie. Ze schreven een tekst of maakten een beeld als bijdrage die hij opnam in een boek dat hij aanbood in de boekwinkel en galerie Art Something in Amsterdam.
Een andere uitwerking van de wisselwerking met zijn vakgenoten zijn de werken die hij maakte waarvoor hij collega’s vroeg hem een tekst te leveren. In zijn project IT’S WRITTEN ALL OVER THE FACE maakte hij een geschilderd portret waar hij de tekst overheen aanbracht om, zoals hij het uitdrukt, het beeld een mate van ‘onverborgenheid’ te geven, ontleend aan het filosofische begrip aletheia, het Griekse woord voor waarheid ‘die wordt onthuld door deze te onttrekken aan het niets’, zoals Martin Heidegger het formuleerde. In deze reeks schilderde hij ook historische figuren waarvoor hij dan citaten uit overgeleverde teksten gebruikte.
Zijn uiteenzetting met de bekende kunstenaars uit de kunstgeschiedenis heeft hij op een ontregelende manier toegepast in een reeks schilderijen waarin hij bekende portretten van de grote meesters op zo’n manier met elkaar combineert dat ze tegen elkaar aangeschoven een nieuw portret vormen waarin niet een contrast wordt bereikt, maar een vanzelfsprekend en verrassend nieuw geheel.

De projecten van Uwe Poth zijn omvangrijk, kennen tal van uitwerkingen in samenhangende reeksen kleurrijke werken in uiteenlopende technieken. Het zijn geen letterlijke weergaven van de misstanden in de wereld of van het plezier dat hij in het leven vindt, maar verbeeldingen van ervaringen waarvan hij niet op voorhand weet hoe die eruit zullen zien. Wat hij schildert is er een vrije uitwerking van. Zijn analytische en studieuze benadering van zijn onderwerpen krijgt schilderkunstig een uitbundige vertaling in een coloristische uitwerking. Hij mag dan tekst in zijn werk gebruiken, maar het is toch vooral een levendige schildertaal die hij hanteert in gevarieerd werk dat door de picturale kracht het ideematige overstijgt. Het letterlijke krijgt bij hem een figuurlijke gedaante.

Zijn leven in Nijmegen heeft hij in 2020 en 2021 bevestigt met het project Eine schöne Kirchen waarin hij de reis van Albrecht Dürer in 1520 naar Nederland als uitgangspunt nam die hem ook naar de Stevenskerk in Nijmegen bracht. Daar maakte Uwe Poth ter ere van Dürer een erehaag, een triomfboog van werken tussen de zuilen van de kerk waarin hij zich met zijn historische landgenoot uiteenzet over de perspectiefleer – zoals uitgewerkt in diens boek Unterweysung der Messung uit 1525 – en wat de geschiedenis sindsdien heeft gebracht.
Doordat tijdens de eerste editie van dit project de covid epidemie bezoek vrijwel onmogelijk maakte, werd een jaar later het project opnieuw geïnstalleerd en er werd een film over gemaakt.
Uwe Poth liet Dürer en de bezoekers zien wat er zich in de tussenliggende 500 jaar in zijn ogen aan belangwekkends heeft voltrokken en hoe de gebeurtenissen vervloeien in kleur en vorm, handeling, tijd en ruimte. Zijn atelier mag dan een besloten werkplaats zijn, het werk dat hij er maakt hij zich met hoe hij in de wereld staat met historisch besef en een bewuste omgang met wat er nu gaande is vanuit een persoonlijke visie en verbeelding.

Uwe Poth - Berlin
Uwe Poth - Korea
Advertenties

Ook adverteren op mistermotley.nl? Stuur dan een mail naar advertenties@mistermotley.nl

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

* verplicht