Erik Wong

Voortbordurend op General Idea in Stedelijk Museum Amsterdam – over marge, mainstream, dood en troost

Essay
26 juni 2023

Na zijn bezoek aan de tentoonstelling rond het oeuvre van General Idea in het Stedelijk Museum Amsterdam, opent er een deur naar het verleden van Erik Wong. ‘In een aantal korte gedachten, observaties en herinneringen probeer ik grip te krijgen op de complexe en verwarrende strijd tegen een dodelijke ziekte, die de mainstream nauwelijks raakte maar hard toesloeg in de marge. Wat heeft die strijd aan beelden opgeleverd en wat hebben die beelden teweeggebracht?’

Magic bullet

Ik fiets naar huis. In m’n tas een half leeggelopen zilverkleurige ballon. Het ding laat zich slecht in mijn tas proppen, dus ik zit wat ongemakkelijk. Eén hand aan het stuur, de ander in m’n tas om te voorkomen dat dit halfgevulde ‘lichaam’ alsnog het luchtruim kiest.

De ballon raapte ik op van de vloer van het Stedelijk Museum. In de kelder is een overzichtstentoonstelling van General Idea te zien. De ballon is onderdeel van het werk Magi© Bullet/Magi© Carpet: een wolk van spiegelende ballonnen op het plafond, verlicht door een tapijt van TL-buizen. Het werk is ‘klaar’ als alle ballonnen naar beneden zijn gedwarreld en zijn meegenomen door bezoekers. De vorm van de ballon houdt het midden tussen een kogel en een pil. De kogel als vonnis van de diagnose van een dodelijke ziekte, de pil als redder, als ‘cure’. Veel van het werk van kunstcollectief General Idea gaat over aids. Voor twee van de drie leden van General Idea – Felix Partz en Jorge Zontal – kwam die pil te laat. Zij stierven beiden in 1994 aan aids gerelateerde complicaties.

In een aantal korte gedachten, observaties en herinneringen probeer ik grip te krijgen op de complexe en verwarrende strijd tegen een dodelijke ziekte, die – in de westerse wereld – de mainstream nauwelijks raakte maar hard toesloeg in de marge. Wat heeft die strijd aan beelden opgeleverd en wat hebben die beelden teweeggebracht?

General Idea, Magi© Bullet en Magi© Carpet
Leeggelopen ballon

Schuld en boete

In coronatijd zette columnist Stephan Sanders me aan het denken. Hij vergeleek corona met aids. Er was veel te doen over de psychologische neveneffecten van de coronapandemie op jongeren. Sanders stelt vast dat die breed gedragen empathie voor de jeugd schril afsteekt bij de aandacht die er tijdens de aidscrisis, in de jaren 80, was voor homojongeren.
Sanders en ik behoren tot dezelfde generatie. De ontwikkeling van ons seksueel bewustzijn, onze coming out, loopt parallel met de uitbraak van de aidsepidemie. Homoseks was nooit ‘onschuldig’, maar kreeg een directe koppeling met dood, schuld en boete. Kaarten die in het morele debat gretig werden ingezet. Weinig florissante omstandigheden voor debuterende homojongeren als Sanders en ikzelf. Natuurlijk zijn er grote verschillen tussen corona en aids, maar Sanders heeft een punt: er is een mainstream en een marge en die marge hoeft op weinig sympathie van de ‘moral majority’ te rekenen. Zeker als er een relatie te leggen valt tussen seks en ziekte.

Felix Gonzalez-Torres, “Untitled”, 1992/1993. Installation view of “Bottom’s Up: A Sculpture Survey” at The University of Kentucky Art Museum, Lexington, KY, 2015. © Felix Gonzalez-Torres. Photo by Alan Rideout. Courtesy of The Felix Gonzalez-Torres Foundation.

Meenemen. Oplossen. Verdwijnen. 

Het is fijn om iets te mogen meenemen uit een museum. Een onderdeel van een tentoonstelling dat langzaam – onderweg van het museum naar huis – van context en betekenis verandert. Zo deelde kunstenaar Félix González-Torres op deze manier duizenden affiches uit. Tentoongesteld als blok, als stapel, langzaam slinkend, verdwijnend als opgerolde vellen onder de arm van de bezoeker. Naar huiskamers, slaapkamers, naar echte huizen, echte mensen, echte levens. De affiches toonden vaak delen van grotere afbeeldingen die González-Torres op commerciële billboards in de stad liet plakken. Opgeblazen, intieme momenten uit het dagelijks leven: een beslapen bed, een vogel in de lucht. Geen te verkopen product, maar een beeld als gebaar.
Het tapijt van ballonnen, de stapels affiches: het loopt leeg, het raakt op. Het werk is eindig. González-Torres  exposeerde ook stapels in gekleurd cellofaan ingepakte zuurtjes. Samen wogen de zuurtjes exact hetzelfde als het lichaam van de aan aids overleden partner van González-Torres. Een berg snoepjes als representatie van het lichaam. Een lichaam dat langzaam oplost in de lichamen van de bezoekers van de expositie, want ook hier werd het publiek uitgenodigd een snoepje mee te nemen, op te eten. Vrijgevigheid als middel om afwezigheid voelbaar te maken.

Felix Gonzalez-Torres -Untitled (“Portrait of Ross in L.A”)

Opdat ze zouden van mij houden

Is het toevallig of niet dat zowel General Idea als González-Torres kunstenaars zijn die vanuit een queer perspectief opereren en ‘weggeven’ als middel inzetten? Ik denk het niet. In iedere homo schuilt een pleaser, het leuk en aangenaam willen maken voor de ander. De ander zien, in de hoop dat je zelf ook gezien wordt. ‘Opdat ze zouden van me houden.’ Die eeuwige, nooit af te lossen lening van het er niet bij horen, maar daar toch altijd weer moeite voor willen doen.

Je veux de l’amour
En ook geld, geld
Om cadeautjes te kopen
En aan iedereen te geven
Opdat ze zouden van me houden

Raymond van het Groenewoud

Want dat is misschien wel de essentie van het ‘queer perspectief’: het productief maken van het anders zijn. Ik weet uit ervaring: niemand kiest ervoor om af te wijken van de gemene deler. Maar als het zo is, dan kun je het maar beter inzetten. De outsider die van buiten naar binnen kijkt. De queer luis in de heteronormatieve pels.

General Idea, the inside of your refrigerator

Luizen in de pels

Drie luizen in het geval van General Idea. Ik kende dit Canadese kunstenaarstrio vooral van hun HIV/aids gerelateerde werk. Het gehackte Robert Indiana LOVE-logo, de uitvergrootte hiv-pillen, de geënsceneerde zelfportretten. Ze begonnen al veel eerder, eind jaren 60 als los-vast collectief en vanaf 1973 als drietal. Dit is wat AA Bronson, – die nog alive and kicking is – in retrospect over de start van het trio zegt: ‘Now we are three. Like Three Blind Mice, like Huey, Dewey and Louie, like the Three Musketeers. Now we are three. We take whatever form our tripled queer masculinity needs to take…’  Het was voor mij een verrassing dat Bronson, Partz en Zontal in de jaren 70 vrolijke, relationele kunst maakten. Vaak werd een vraag de wereld ingestuurd en met de (visuele) antwoorden werd het werk gemaakt: constellaties van mensen met stukken touw, de resultaten van een onderzoek naar orgasmen, wat staat er in je koelkast?
Soms was het stellen van de vraag, of een ‘wat/als’-gedachte genoeg. In de tentoonstelling hangt een collectie memokaartjes met voornemens: ‘Explosion sequence. Dropping from the roof of a high building, bags of flour. This to be recorded on videotape.’ Of: ‘Event. Plant seeds in the garden. Plant a rumor. Plant a smile.’ Beïnvloed door tijdgenoten als Andy Warhol en Mediagoeroe Marshall McLuhan (The Medium is the Massage) liet het drietal de gefixeerde opvatting over wat een ‘kunstwerk’ is los. Het uiteindelijke werk kon een foto zijn, een videotape, een missverkiezing, een tijdschrift. Wat alles bij elkaar houdt is die open, onderzoekende, uitproberende – soms persiflerende – blik van de buitenstaander.

General Idea, AIDS Sculpture, 1989:2021

Aids

Iedereen kent het woord, minder mensen weten dat het voor Acquired Immunodeficiency Syndrome staat en nog minder (vooral jonge) mensen weten over de impact van deze ziekte. Een ziekte die uitgroeide tot een epidemie die genadeloos toesloeg in de jaren 80 en halverwege de jaren 90 in westerse landen langzaam uitraasde omdat er daar toen effectieve medicijnen op de markt kwamen die elders niet verkrijgbaar waren. In 2011 maakte David Weissman de documentaire We Were Here omdat ook hij constateerde dat jonge mensen in zijn omgeving nauwelijks wisten welk drama zich 40 jaar geleden voltrok. Hij liet Ed Wolf, Paul Boneberg, Daniel Goldstein, Guy Clark en Eileen Glutzer aan het woord. Zij waren erbij toen in San Francisco de eerste mensen (vooral homomannen, intraveneuze drugsgebruikers en sekswerkers) ziek werden en ziek bleven. We Were Here maakt duidelijk dat in het begin niemand wist wat er aan de hand was. Mannen werden ziek en gingen dood. In korte tijd moest de homogemeenschap zorg op poten zetten, geld inzamelen, boodschappen doen, stervenden begeleiden. In die zin was het een loodzware test in sociale veerkracht. Wat opvalt is dat de tranen van de geïnterviewden nooit ver weg zijn. We zijn inmiddels bijna drie decennia verder, de wond is niet geheeld.

group material bussticker

De fiets van Marty.

Zelf woonde ik in 1993 acht maanden in San Francisco. Ik was onder de indruk van die zelfredzaamheid. Maar ik zag ook een uitgeputte gemeenschap. Niet nog meer begrafenissen, niet nog meer memorials. Ik studeerde aan het San Francisco Art Institute en reed dagelijks rond op een superfijne racefiets die van Marty was geweest. Marty was een roommate in het huis waar ik woonde, en was kort voor mijn komst overleden. Door die fiets voelde ik me verbonden met een man die ik nooit heb gekend. Nog steeds denk ik aan die fiets en aan Marty.
Ook in San Francisco probeerden kunstenaars vorm te geven aan de dood, het verlies, het verdwijnen van duizenden levens. Ik zag in die tijd het werk van Daniel Goldstein. Hij vond op de stoep van een homo-gym afgedankte leren bekleding van sportschoolbankjes. Het sportzweet van honderden mannen was jaar na jaar in het leren oppervlak getrokken en vormde donkergekleurde afdrukken: een opgeteld/collectief lichaam in transpiratie. Goldstein nam ze mee, lijstte ze in en noemde ze de Icarian series, naar het merk van de gymapparatuur. Een ontroerende readymade.

David Goldstein - Icarian series

Act Up

In het zachtaardige, tolerante San Francisco was homoseksualiteit al vanaf begin jaren 70 zichtbaar. Gays en lesbo’s trokken en masse naar deze stad. Uniek in die tijd: een eigen buurt, met een eigen economie en cultureel leven, The Castro. Geen wonder dat aids hier letterlijk als eerste een gezicht kreeg. Het begon in 1981 met polaroids in de etalage van de apotheek: selfies van mannen met onbekende vlekken en pukkels. ‘Watch out guys, something new is going around.’ Zichtbaarheid en een sociaal netwerk zorgden voor een snelle en vooral praktisch ingestoken reactie op de nieuwe ziekte. In het minder geëmancipeerde New York kwam de reactie op aids vanuit de underground, de kunstwereld, de tegencultuur. Verbaal agressiever, politieker. Act-Up (Aids Coalition To Unleash Power) gaf vorm aan dit geluid en ontwikkelde zich snel tot een uiterst effectieve lobbybeweging. Het affiche Silence = Death, met de omgekeerde roze driehoek uit de nazi-tijd werd een klassieker. Ook kunstenaars als Keith Haring en David Wojnarowicz waren als beeldmakers betrokken bij acties van Act-Up.

Act Up - Silence = Death

RIOT

Kunst wordt activistisch als er een duidelijk politiek doel aan wordt gekoppeld, het werk in dienst staat van een strijd, een politiek belang kent. De mannen van General Idea distantieerden zich hiervan. Zij wilden vooral de massamedia ‘infecteren’ met beelden, beelden zonder specifieke, politieke betekenis. Het boterde dan ook niet tussen het driemanschap en de Act-Up beweging. Een mooie illustratie daarvan: Gran Fury, een politiek kunstcollectief – ook wel gezien als ’the art department’ van Act-Up – kwam als reactie op het AIDS-logo van General Idea met een RIOT-variant. Niet constateren, maar activeren lijkt Gran Fury te zeggen. Ik kan ze geen ongelijk geven. Er staat voor het Stedelijk Museum een roestvrijstalen variant van het AIDS (woord)beeld. Buiten het feit dat het beeld ‘is’, zet het niks in beweging. In een geforceerde oproep wordt het publiek gevraagd het beeld te bekladden. Resultaat: nikszeggende WC-deuropmerkingen. Wat ook niet helpt is dat aids een als woord vermomde afkorting is. Robert Indiana’s LOVE heeft betekenis, het woord RIOT ook. Aids is niets meer dan de afgekorte naam van een moeilijk uit te spreken ziekte. Misschien valt het op dat ik nergens in deze tekst de afkorting lhbtiq+ gebruik. Want, wat betekent deze afkorting? Het is een abstractie van een alliantie die voor mij alleen op papier bestaat. Vaak wordt het woord ‘gemeenschap’ erachter gezet om de boel te redden, mij ben je na de eerste drie letters al kwijt. Wat is er mis met het woord ‘queer’ als paraplu voor iedereen die zich niet thuis voelt in het heteronormatieve narratief?

Gran Fury - Riot (1989)

I want a dyke for president

Wie op geheel andere wijze iets in gang zette was art director en fotograaf Olivier Toscani. In 1990 gebruikte hij een ingekleurde versie van een foto waarop een aan aids stervende David Kirby te zien is. Provocateur Toscani eigende zich het beeld toe door er alleen het logo van modemerk Benetton aan toe te voegen. Kunst of commercie? Love. Aids. Riot. Benetton.
Ander noemenswaardig werk uit die tijd: kunstcollectief Group Material maakte een bussticker met een quote van George Bush senior, waarin het woord cancer opzichtig vervangen is door aids: ‘Like many of you, Barbara and I have had friends have died of AIDS. Once disease strikes, we don’t blame those who are suffering… We try to love them and care for them and comfort them. We don’t fire them, we don’t evict them, we don’t cancel their insurance.’ Met deze sticker dwingt Group Material op een andere manier aandacht af in het publieke domein dan de poëtische Félix González-Torres. De boodschap kan hetzelfde gelezen worden: een roep om meer intimiteit en empathie in een harde heteronormatieve wereld. Zoe Leonard van Fierce Pussy schreef een messcherp, niet mis te verstaan profiel van de door haar gewenste president: ‘I want a president who has stood on line at the clinic, at the dmv, at the welfare office and has been unemployed and laid off and sexually harassed and gay bashed and deported.’

Zoe Leonard - I want a president

Een zacht graf

Ontroerend en zeker geen readymade is het Names Project. Hoe herdenken we al die mensen die in korte tijd sterven. Hoe maken we van dat individuele gemis iets collectiefs? Ook hier komt het antwoord uit de marge, uit de gemeenschap zelf. Cleve Jones raakte in 1985 geïnspireerd door aan elkaar geplakte kartonnen borden met de namen van aidsslachtoffers, gemaakt voor de jaarlijkse stille tocht in San Francisco om de vermoorde homoactivist en stadsbestuurder Harvey Milk te herdenken. Dit spontane patchwork deed Jones denken aan een quilt, een door Europese immigranten meegenomen en en in de Verenigde Staten diepgewortelde vorm van folk art. Er kwam een team, er werd een maat vastgesteld, gebaseerd op de afmetingen van een lichaam, een graf. Het project groeide uit tot een indrukwekkende uiting van liefde en zachtheid. We associëren het collectief herdenken van doden vaak met oorlog. Daar is een harde, granieten, masculiene taal voor ontwikkeld. De Aids Memorial Quilt zet daar een zachte kracht tegenover.
Zelf denk ik dat de quilt ook iets zegt over het vaak stille verbond tussen moeders en homozonen. Veel moeders, zussen en vriendinnen zetten hun verdriet om in een lap voor een verloren zoon, broer, vriend. In 1996 is de – nog immer groeiende – quilt voor het laatst ‘uitgelegd’. Kunstenaar Andrea Bowers maakte met The Weight of Relevance een mooi portret over de groep mensen die de quilt beheert en onderhoudt: opvallend veel vrouwen hebben zich over dit kwetsbare collectieve kunstwerk ontfermd.

Duane Kearns

Everything is gonna be alright, even if it’s not gonna be allright

Het is mei 2023, ik ben in Berlijn voor een show van Jeremy Wade, danser, choreograaf en ‘crooner’. Wade kruipt in de huid van Puddles, een pelikaan die meer dood dan levend wordt opgevist door een cruiseschip uit de garbage patch in de Stille Oceaan. Puddles slijt haar dagen in de catacomben van het schip in een sleetse pianobar. Ze zingt haar ziel bloot en vertelt verhalen over haar leven en dat van haar pelikaanzus. De aidscrisis ligt – in het westen – grotendeels achter ons, inmiddels wordt mensheid en planeet aan andere rampen blootgesteld. Ook hier biedt het queer-perspectief reflectie, troost en inzicht. Wade belichaamt en representeert alle vreemde vogels. Hij schetst een somber apocalyptisch beeld. Alleen liefde en compassie kunnen ons redden. Zo lees ik ook de afscheidstekening die General Idea maakte vlak voor de dood van Partz en Zontal: drie cowboys te paard bij een zonsondergang. The End. De zus van Puddles zingt een wonderschoon liedje – als het allemaal tegenzit midden in de plastic soep – ‘Everything is gonna be alright, even if it is not gonna be alright.’ Ik zie Puddles, Puddles ziet mij. Er gaat een streep door die eerdergenoemde, nooit af te lossen lening aan de mainstream. Het kadootjes kopen ‘opdat ze zouden van mij houden’ is voorbij. Het komt goed, ook als het niet goed komt. We hebben elkaar.

General Idea - The End
Jeremy Wade, Puddles the pelican
Advertenties

Ook adverteren op mistermotley.nl ? Stuur dan een mail naar advertenties@mistermotley.nl

#mc_embed_signup{ font:14px Riposte, sans-serif; font-weight: 200; } #mc_embed_signup h2 { font-size: 3.6rem; font-weight: 500 } #mc_embed_signup .button { border-radius: 15px; background: #000;} #mc_embed_signup /* Add your own Mailchimp form style overrides in your site stylesheet or in this style block. We recommend moving this block and the preceding CSS link to the HEAD of your HTML file. */

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

* verplicht
Email formaat
(function($) {window.fnames = new Array(); window.ftypes = new Array();fnames[0]='EMAIL';ftypes[0]='email';fnames[1]='FNAME';ftypes[1]='text';fnames[2]='LNAME';ftypes[2]='text'; /* * Translated default messages for the $ validation plugin. * Locale: NL */ $.extend($.validator.messages, { required: "Dit is een verplicht veld.", remote: "Controleer dit veld.", email: "Vul hier een geldig e-mailadres in.", url: "Vul hier een geldige URL in.", date: "Vul hier een geldige datum in.", dateISO: "Vul hier een geldige datum in (ISO-formaat).", number: "Vul hier een geldig getal in.", digits: "Vul hier alleen getallen in.", creditcard: "Vul hier een geldig creditcardnummer in.", equalTo: "Vul hier dezelfde waarde in.", accept: "Vul hier een waarde in met een geldige extensie.", maxlength: $.validator.format("Vul hier maximaal {0} tekens in."), minlength: $.validator.format("Vul hier minimaal {0} tekens in."), rangelength: $.validator.format("Vul hier een waarde in van minimaal {0} en maximaal {1} tekens."), range: $.validator.format("Vul hier een waarde in van minimaal {0} en maximaal {1}."), max: $.validator.format("Vul hier een waarde in kleiner dan of gelijk aan {0}."), min: $.validator.format("Vul hier een waarde in groter dan of gelijk aan {0}.") });}(jQuery));var $mcj = jQuery.noConflict(true);

Meer Mister Motley?

Draag bij aan onze toekomstige verhalen en laat ons hedendaagse kunst van haar sokkel stoten

Nu niet, maar wellicht later