Laure van den Hout

De London Design Biennale probeert grenzen te doen vervagen – is het tijd om afscheid te nemen van nationale en territoriale paviljoens?

Essay
13 juni 2023

Waar een biënnale normaal de focus legt op een paviljoen per land, probeert de London Design Biennale dat nationalisme te doorbreken. Laure van den Hout bezocht de Biennale en zag allerlei grenzen vervagen en oplossen, niet alleen die tussen landen. ‘Weten wat er gepoogd wordt te doorbreken is iets anders dan ook daadwerkelijk ervaren dat er iets doorbroken wordt.’

In de trein probeer ik me de massa water boven me voor te stellen. Eerst is er nog bodem, doe ik een poging. Daarboven water, donkerte die langzaam meer licht doorlaat naar mate je het oppervlak nadert. Schelpdieren, kalkafzettingen, scheepswrakken, door mensen verloren spullen, lichamen, plastic, vissen, planten, zoogdieren. Nog steeds niks.
Misschien moet ik het concreter maken. Ik doe mijn best een inktvis in het water boven mijn hoofd te visualiseren. Het is te onwerkelijk om te beseffen dat dit kan, concludeer ik. Die massa water, al dat gewicht, daaronder een tunnel.
Ondertussen vuurt het beeldscherm in de coupé weetjes op me af: op het diepste punt bevindt de tunnel zich 75 meter onder de zeespiegel, de tunnelbuizen zijn zo en zo lang en het snelheidsrecord van de trein ligt rond de 300+ kilometer per uur. Me ‘het geheel’ proberen in te beelden, in plaats van het deel waarin ik me op dat moment begeef, lukt me niet.

De trein waarin ik zit – de tunnel gaf het wellicht al weg – brengt me naar Londen. Daar is nog tot en met 25 juni de London Design Biennale te zien. Het concept van deze editie stelt het mogelijk maken van nieuwe samenwerkingen centraal. Waar een biënnale normaal de focus legt op een paviljoen per land, wordt hier een poging gedaan dat nationalisme te doorbreken. Met als uitgangspunt The Global Game: Remapping Collaborations worden landen en regio’s uitgedaagd om ‘nieuwe vormen van internationale samenwerking en deelname aan gezamenlijke activiteiten en manifestaties vorm te geven en te visualiseren’. Hiertoe is een spel ontwikkeld – in de vorm van een website – waarvan het doel is te onderzoeken of de biënnale, met haar nationale en territoriale paviljoens, getransformeerd kan worden tot een alternatief geopolitiek landschap dat niet wordt gedreven door conflict of competitie, maar eerder door samenwerking. Dit gegeven interesseert me, temeer omdat biënnales bij mij altijd een soort dierentuingevoel oproepen waarbij elk land een eigen verblijf krijgt toebedeeld.
Hoe onderling door paviljoens is of wordt samengewerkt naar aanleiding van The Global Game, blijft voor mij als ik door de ruimtes loop wat onduidelijk. Wel zijn er andere vormen van samenwerking die op de voorgrond treden. Zo staan actief delen en samenwerken centraal in BROT: baking the future. Dit Oostenrijkse paviljoen richt zich op hoe micro-organismen al meer dan 10.000 jaar naast elkaar bestaan, hoe wij ze voeden en hoe zij ons helpen bij de productie van ons basisvoedsel, brood. Nog voordat ik de ruimte betreed komt de geur ervan me al tegemoet.
Maciej Chmara, een van de twee kunstenaar-ontwerpers die aan het werk zijn in het paviljoen, gaat dieper in op de materie: het gaat hen om de samenwerking met de micro-organismen in het zuurdesem en hoe het brouwen van bier en bakken van brood waar we in een ver verleden mee begonnen zijn, de micro-organismen die in en op ons leven hebben beïnvloed. Het is een samenwerking die via kneden, kauwen, verteren en uitscheiden nieuwe processen en constellaties in het leven roept. In de presentatie staat het multisensorische centraal: er is de geur van versgebakken brood, er is het geluid van een metalen pin die over de korst van een roterend brood knarst, er zijn de ronde druppelvormen die refereren aan de micro-organismen die verantwoordelijk zijn voor het gistingsproces en er is brood om te proeven.

Brot: baking the future – Austria at the London Design Biennale 2023, Maciej Chmara en Anna Rosinke
Brot: baking the future – Austria at the London Design Biennale 2023, Maciej Chmara en Anna Rosinke

Het doet me denken aan een flesje gebotteld water dat thuis in mijn kast staat. Als je door het glas kijkt, zie je een sticker met daarop de tekst ‘Let us meet inside you’. Het flesje maakt deel uit van een kunstwerk van Navid Nuur, Untitled (Let Us Meet Inside You) (2005-2013). Jaren geleden, in 2010 en in wat toen nog De Hallen Haarlem heette (nu Frans Hals Museum, locatie ‘Hal’) zag ik een installatie van stapels kratten, lege flesjes, een kroonkurkmachine en een kraan. Deze kraan had Nuur gedemonteerd uit zijn eigen studio en aangesloten op het waternet van het museum. De gebottelde flesjes kraanwater konden door de bezoeker voor een klein bedrag (ik meen 1 euro) worden gekocht. Daarmee werd het geheel van het kunstwerk verdeeld over verschillende mensen. Een collectief lichaam, dat allemaal ‘us’ tot zich kon nemen, maar waarschijnlijker geneigd was het flesje op een zichtbare plek neer te zetten. Als een reminder aan hoe intiem onze omgang met alledaagse dingen eigenlijk is. Wat het betekent om letterlijk iets tot je te nemen en hoe dat een ontmoeting is. Het werk van Nuur is een subtiele omlijsting van het collectieve, het gedeelde. Zo liet hij voor een tentoonstelling in het Bonnefanten bij binnenkomst clipjes uitdelen met de tekst ‘We share air’. Het tot ons nemen van brood, en de verschillende vormen waarin dat gebeurt, is eveneens een intieme ontmoeting die veel in beweging zet, zo laten kunstenaar-ontwerpers Maciej Chmara en Anna Rosinke zien.

Brot: baking the future – Austria at the London Design Biennale 2023, Maciej Chmara en Anna Rosinke
Brot: baking the future – Austria at the London Design Biennale 2023, Maciej Chmara en Anna Rosinke

In zijn lezing New Rituals for 21st Century Europe die hij ter gelegenheid van het door De Balie georganiseerde Forum on European Culture houdt, zegt Tino Sehgal: ‘We need an ecology of different formats.’ In zijn lezing betoogt hij dat we alternatieven nodig hebben voor ‘the modality of modernity’ (de voorwaarde voor moderniteit, red.) die er baat bij heeft het een tegenover het ander te plaatsen, erbij floreert een opdeling te handhaven. Hij klinkt niet sceptisch, hij is genuanceerd, maar spreekt wel degelijk duidelijk uit waarin hij denkt dat de gevaren schuilen voor de democratie. Die ecologie, daar gaat het om, niet per se het omverwerpen van één iets, maar het realiseren van een ‘pluralism of modalities’.
In de westerse maatschappij laten we het brein prevaleren, zegt Sehgal, waar andere culturen de ziel de hoogste waarde toekennen. Kenmerkend voor zijn lezing is dat hij niet zozeer een oordeel velt, maar observaties deelt en voorstellen doet voor hoe het anders zou kunnen. Bijvoorbeeld door niet één zintuig centraal stellen, maar de specifieke kwaliteiten van verschillende zintuigen vaker te combineren. Multisensorisch, meer belichaamd de wereld en kunst tegemoet treden.
De misvatting is dat als je grip krijgt op het een, je controle krijgt over alles. Dit is echter zelden waar. Als we ingrijpen in de natuur omdat we van mening zijn dat er te veel van een soort in een bepaald gebied leeft, dan heeft dat gevolgen voor alles dat leeft in dat gebied.
Bevers zijn gevaarlijk omdat ze onze dijken onder druk zetten, maar het aanpakken van de beverpopulatie verstoort een ecosysteem waardoor de ene soort zal floreren, en een ander in de knel komt. Denken in verschil, het aanbrengen van een scheiding, bevordert het controle-denken, maar zal de behoefte aan controle ook alsmaar blijven aanwakkeren omdat die in eerste instantie nagestreefde controle schijn is. Niet alles openbaart zich ogenblikkelijk, maar dat wil niet zeggen dat het niet gebeurt. Wat je niet ziet, is er wel. Afbakenen is een concept dat vooral het oog dient.
Sehgal zegt dat elke maatschappij een bepaald zintuig prioriteert en dat dat in de westerse moderne maatschappij het oog is. Dat betekent dat we de dingen op afstand plaatsen, het oog is bij uitstek het zintuig dat het verst kan reiken, in figuurlijke zin. ‘The eye is the sense that reaches the furthest in the distance. It puts you into a confrontation, and a distance aspect. You can reach into the distance, you can’t really smell into the distance, I can hear into the distance to a certain degree, but not as far as I can see, I can definitely not touch into the distance.’ Hij legt een verband tussen de modality of modernity, die gebaseerd is op het aanbrengen van een scheiding: lichaam van geest, object van subject. Het oog plaatst dingen automatisch op afstand, in staat om ze te beoordelen. Eén van de manieren om de crises te keren die moderniteit veroorzaakt heeft, is volgens Sehgal om weer te leren denken op een manier die vertrekt vanuit het concept van een ‘geheel’, en ons te realiseren dat we niets kunnen oplossen met slechts één discipline of medium of zintuig (‘We cannot think the whole, you can not solve something with just one discipline.’).
Het is geen wonder dat in tijden waarin we hebben geleerd in zo’n duidelijke scheiding te denken – object versus subject; ik versus de ander – we verlangen naar immersieve ervaringen. VR, computergames, kunstwerken die tot leven gewekt worden in overrompelende entertainmentshows. ‘It gives you the feeling, without giving you the experience.’ Hoewel Sehgal met deze uitspraak verwijst naar drugs, is het net zo goed hierop van toepassing, omdat het gaat om het uit de weg gaan van een bepaalde toewijding die nodig is om door een ervaring heen te gaan. Nu we zien wat voor catastrofale gevolgen ons mens-centrische perspectief, ons losheidsdenken, heeft veroorzaakt, moeten we opnieuw leren ‘het geheel’ te denken en onszelf in verbinding te plaatsen met alles om ons heen.

Adam Mickiewicz Institute/Zofia Jaworowska, Michał Sikorski (TŁO), Petro Vladimirov
Adam Mickiewicz Institute/Zofia Jaworowska, Michał Sikorski (TŁO), Petro Vladimirov

In het Poolse paviljoen wordt onder de noemer Poetics for necessity direct samengewerkt met Londenaren. Zij worden gevraagd ramen te doneren voor gebouwen in Oekraïne waarvan de ruiten beschadigd zijn door het oorlogsgeweld. Omdat het installeren van ramen in oorlogsgebied gepaard gaat met de nodige problemen – zo is het vaak niet mogelijk om een steiger te bouwen aan de buitenkant van een woning of ander gebouw – zijn er verschillende architectonische oplossingen ontwikkeld. Door de ramen van binnenuit te plaatsen of schuin met een geïmproviseerde vensterbank, als de raampartijen te groot zijn voor het kozijn dat ze moeten vullen.
Ramen dragen iets tegenstrijdigs in zich, vertelt een van de curatoren, Petro Vladimirov, me. In de ruimte staan flink wat vensters die gedoneerd zijn door Londenaren, maar bij lange na niet zoveel als er nodig zijn. Dat heeft te maken met het feit dat, hoewel ramen door hun transparante karakter licht ogen, ze in werkelijkheid heel zwaar zijn. Meer dan dit aantal mag er niet op het vloeroppervlak geplaatst worden. Ik stel aan hem voor dat er, in het kader van The Global Game, wellicht extra ruimte beschikbaar gesteld kan worden waardoor er nog meer ramen verzameld kunnen worden, bijvoorbeeld op de gigantische binnenplaats.
Of wellicht kunnen er op den duur een aantal raampartijen gestald worden in het naburige paviljoen van Nederland? Dit paviljoen, Out of joint, tilt samenwerking en het delen van middelen namelijk naar een heel nieuw niveau. In een ruimte die is ingericht als een kantoor staan modulaire elementen die samen bijvoorbeeld zitmeubelen, een bureau of katheder kunnen vormen. Ook in het vertrek: een plastic plant, mokken, een paraplubak, en een hoog archiefmeubel met daarin ordners met de namen van de deelnemende landen erop. Het concept, zo vertelt curator Colin Keays me, is dat elk deelnemend land de elementen uit het Nederlands paviljoen kan lenen. Daartoe is niets minder dan een bureaucratisch systeem ontwikkeld: er moet een formulier ingediend worden met de aanvraag en de periode dat het stuk geleend gaat worden. Deze bureaucratie is een knipoog naar de plek waar de biënnale plaatsvindt: Somerset House. Hier huisden in het verleden onder meer de administratieve afdelingen van de Britse belastingdienst en de Royal Navy. Ook in het ontwerpteam dat aan het paviljoen werkte – bestaande uit Fabulous Future, Studio Verter, Tim Teven Studio en Jeanine van Berkel – zijn de grenzen van samenwerken opgezocht. Keays: ‘Het is een team ontwerpers met verschillende achtergronden dat samen aan de presentatie bijdraagt, in plaats van aan individuele werken.’
In Out of Joint is nagedacht over hoe je zichtbaar maakt dat iets tijdelijk een andere plek heeft gekregen, naast dat je het kunt opzoeken in de ordners, is de vloerbedekking onder de meubels donkerder van kleur. Zo wordt in een oogopslag duidelijk dat er iets stond dat er nu niet meer staat. Bovendien wordt elk meubelstuk bestickerd zodra het uitgeleend wordt (‘booked by’, ‘date out’, ‘date return’): als koffers die verre reizen hebben afgelegd. Wanneer ik de Design Biennale bezoek is deze nog maar net open en er is nog geen meubilair uitgeleend van het Nederlands paviljoen. Ik probeer me voor te stellen hoe het eruit zal zien als dat wel zo is. Als je op de binnenplaats een verzameling van grijze krukjes aantreft, of in het paviljoen van Abu Dhabi een kunstplant. Zouden ze detoneren, daarmee ontregelen en de grenzen bevragen of zelfs oprekken?

Nederlandse paviljoen. Foto: Adam Slama
Malta pavilion
Turkey pavilion

In Tate Modern neem ik plaats op een bankje schuin tegenover Figure in a Landscape (1945) van Francis Bacon. Er komt iemand naast me zitten die me vraagt waar ik naar kijk. ‘Naar dat schilderij’, zeg ik semi-verbaasd, aangezien het bankje niet recht voor het werk staat en hij aan mijn kijkrichting duidelijk zou moeten kunnen aflezen waar ik naar kijk. ‘Nee,’ vervolgt hij, ‘ik bedoel, wat precies op het doek trekt je aandacht?’ Ik mompel iets over ‘lekkende schaduwen’, iets dat me altijd al geboeid heeft aan de doeken van Bacon, hoe de afgebeelde figuren dikwijls gepaard gaan met ectoplasma’s, alsof ze meer dan alleen zichzelf zijn, alsof ze transformeren waar je bij staat, alsof ze meerduidig zijn.
Tino Sehgal staat in zijn lezing stil bij de wijze waarop ook musea het oog centraal stellen, hoe het plekken zijn voor ‘cooling down’, die ons mensen in staat stellen een oordeel te vellen over wat we er zien en ervaren. ‘It [een tentoonstelling] also performs this kind of subject-object thing. I am the subject: I am viewing this painting on the wall. Here is the sculpture, I am frontal towards it, I am not immersed.’ Hoewel we denken dat musea over kunst gaan, hebben ze daadwerkelijk een sociologische functie, zegt hij. Het zijn plekken waar we getraind worden. Daarom moeten we hun rol blijven bevragen omdat we daarmee bevragen waarin we getraind willen worden. Mens tot mens-relaties, daar zou het meer om moeten gaan, stelt Sehgal in zijn lezing. Musea zouden een plek kunnen zijn waar meer ingezet wordt op het ontstaan van tijdelijke collectieven, waar het belang van verbinding gevierd wordt. Of misschien zelfs: getraind wordt. De cultuur van beschouwen als enig instrument is daarbij niet behulpzaam, omdat deze meer passief is.
Mijn mede-museumbankje-zitter blijkt uit Amerika te komen en vakbondsleider te zijn. Ik vraag hem wat hij van het museum en de collectie vindt. Hij zegt de kunst hier vele malen politieker en activistischer te vinden. Over of onze ontmoeting ook politiek zou kunnen zijn, praten we niet.

Figure in a Landscape 1945 Francis Bacon 1909-1992 Purchased 1950

De lezing van Sehgal woon ik digitaal bij, ik ben niet als fysiek lichaam aanwezig bij een evenement waar ervaring en lichamelijkheid zo’n belangrijke rol spelen. Dat wordt nog meer benadrukt als Sehgal zegt niet achter een katheder te willen staan omdat dat het zicht ontneemt op zijn lichaam, wat in zijn optiek opnieuw de focus zou leggen op hoe we het brein als het hoogste waarderen. Het deel – niet het geheel – is waarvan we uitgaan. Een ander confronterend moment is wanneer hij de microfoon van zijn mond afhaalt en zonder versterking het publiek toespreekt. ‘Why can’t I speak to you like this’, vraagt hij hardop, ‘a microphone is a distancing device’. Omdat de lezing opgenomen wordt en daarvoor versterkt geluid nodig is. Het sluit aan bij wat hij eerder constateert, dat evenementen die live plaatsvinden en waarbij de gasten op het podium zitten, vaak ingeleid worden met een video. Ook hier is dat het geval. Sehgal noemt dat hem dit opvalt en hoe het opnemen van dingen bijna noodzakelijk lijkt te zijn geworden voor het ‘echte’ karakter van iets. ‘The first sign to show that something exist is to visually introduce it.’ Daarmee bevinden we ons niet alleen in het hier en nu van de ervaring, maar deels ook in de ervaring later, op afstand.
Het frappante is dat ik, wanneer ik na gedag te hebben gezegd tegen mijn gesprekspartner en terugkeer van mijn rondje door de aanpalende zalen, opnieuw zitting neem voor het werk van Bacon en zie dat in dit specifieke schilderij helemaal geen lekkende schaduwen te ontdekken zijn. In dit geval was het niet eens mijn oog dat prevaleerde, maar mijn brein: ik dacht te zien wat ik weet. Nu ik écht kijk zie ik armen in mouwen gestoken, revers en een zwart gat waar ik het hoofd zou verwachten. En staat daar op de voorgrond nu een microfoon?

In de trein terug lees ik in De Groene Amsterdammer een essay van Jaap Tielbeke over het uitblijven van een treinrenaissance. Wat blijkt: waar de luchtvaart meteen een internationaal domein was, is het spoor een nationale aangelegenheid. Zodra je de grens oversteekt heb je te maken met een set aan nieuwe regels, andere spanningsnetten. Zo lees ik dat Spanje een andere spoorbreedte heeft dan Frankrijk omdat het ooit bang was voor een invasie per rails. Voor overbrugging is verbinding nodig. De Design Biennale doet met het bevragen van het territoriale en nationale een goede poging die verbinding in de vorm van nieuwe relaties, contact en samenwerking tot stand te brengen. Om in plaats van een thema voor te dragen het proces centraal te stellen, is een nieuw soort aanpak voor een biënnale. Dat er daarbij in zekere zin nog steeds gebruik gemaakt wordt van individuele paviljoens per land is te vergelijken met wat Tino Sehgal zegt over zijn microfoongebruik. Weten wat er gepoogd wordt te doorbreken is iets anders dan ook daadwerkelijk ervaren dat er iets doorbroken wordt. Om lering te trekken uit het samenwerkingsthema van deze biënnale zal een (inter)nationale werkgroep gedurende de looptijd ervan onderzoek doen naar wat de respons op deze editie is en naar wat nieuwe manieren van werken voor toekomstige evenementen en tentoonstellingen kunnen zijn. ‘There needs to be a place where you can feel: now I am entering a place that belongs to the world, the planet’, aldus Sehgal. Hoe zal die plaats voelen, ruiken, klinken en ogen? Dat blijft een mooie ontwerpvraag.

***

The Global Game: Remapping Collaborations – de vierde editie van de London Design Biennale, met het Nieuwe Instituut als artistiek directeur – is nog tot en met 25 juni 2023 te zien in Somerset House. The Global Game vind je hier.

New Rituals for 21st Century Europe, de lezing die Tino Sehgal op 1 juni 2023 gaf tijdens het Forum on European Culture, is terug te kijken via het YouTube-kanaal van De Balie.

Advertenties

Ook adverteren op mistermotley.nl ? Stuur dan een mail naar advertenties@mistermotley.nl

#mc_embed_signup{ font:14px Riposte, sans-serif; font-weight: 200; } #mc_embed_signup h2 { font-size: 3.6rem; font-weight: 500 } #mc_embed_signup .button { border-radius: 15px; background: #000;} #mc_embed_signup /* Add your own Mailchimp form style overrides in your site stylesheet or in this style block. We recommend moving this block and the preceding CSS link to the HEAD of your HTML file. */

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

* verplicht
Email formaat
(function($) {window.fnames = new Array(); window.ftypes = new Array();fnames[0]='EMAIL';ftypes[0]='email';fnames[1]='FNAME';ftypes[1]='text';fnames[2]='LNAME';ftypes[2]='text'; /* * Translated default messages for the $ validation plugin. * Locale: NL */ $.extend($.validator.messages, { required: "Dit is een verplicht veld.", remote: "Controleer dit veld.", email: "Vul hier een geldig e-mailadres in.", url: "Vul hier een geldige URL in.", date: "Vul hier een geldige datum in.", dateISO: "Vul hier een geldige datum in (ISO-formaat).", number: "Vul hier een geldig getal in.", digits: "Vul hier alleen getallen in.", creditcard: "Vul hier een geldig creditcardnummer in.", equalTo: "Vul hier dezelfde waarde in.", accept: "Vul hier een waarde in met een geldige extensie.", maxlength: $.validator.format("Vul hier maximaal {0} tekens in."), minlength: $.validator.format("Vul hier minimaal {0} tekens in."), rangelength: $.validator.format("Vul hier een waarde in van minimaal {0} en maximaal {1} tekens."), range: $.validator.format("Vul hier een waarde in van minimaal {0} en maximaal {1}."), max: $.validator.format("Vul hier een waarde in kleiner dan of gelijk aan {0}."), min: $.validator.format("Vul hier een waarde in groter dan of gelijk aan {0}.") });}(jQuery));var $mcj = jQuery.noConflict(true);

Meer Mister Motley?

Draag bij aan onze toekomstige verhalen en laat ons hedendaags kunst van haar sokkel stoten

Nu niet, maar wellicht later