“Tijdens het tekenen ontstaat iets wat ik niet wist”- Atelierbezoek: Anna Rudolf
Een tekening van Anna Rudolf (Bazel, 1969) ontstaat uit een lijn die ogenschijnlijk niets met elkaar verbindt. Voor die lijn is getekend staat er nog niets op papier. Er is een leegte waarin onder haar hand een lijn verschijnt. Geen lijn is hetzelfde, ook niet als je die weer overtrekt. Iedere tekening begint daardoor in haar geval met een levenslijn. Het lijkt alsof er een haar op het papier is gevallen die zich niet weg laat nemen. De tekening is het DNA van de kunstenaar
Anna Rudolf woont al bijna dertig jaar in Nederland waar ze haar plek heeft gevonden, maar ze is een Zwitserse: “Hoewel ik hier woon en werk, mis ik Zwitserland wel.” Dat neemt niet weg dat ze in Nederland haar draai heeft gevonden en in het verlengde van haar kunstenaarschap sociale en politieke verantwoordelijkheid neemt. De afgelopen jaren maakte ze deel uit van het bestuur van de Beroepsvereniging van Beeldende Kunstenaars, het laatste jaar als voorzitter. Anna Rudolf: “Daar heb ik veel van geleerd. Je zit in overlegsituaties met andere partijen met mensen om de tafel die je anders niet zou ontmoeten en je komt erachter dat zelfs in gezelschappen waar je het niet zou verwachten, een verwrongen beeld bestaat van wat het kunstenaarschap inhoudt en dat het niet meevalt om dat beeld te corrigeren. Sinds kort heb ik mijn functie opgezegd om meer tijd te hebben voor mijn kunstpraktijk, want het is een erg tijdrovende verantwoordelijkheid.”
Na een voorbereidende opleiding van twee jaar op de Schule für Gestaltung in Bazel kwam ze in 1991 naar de Gerrit Rietveld Academie in Amsterdam waar ze in 1995 aan de vrije richting afstudeerde. Ze begon aan de studie vanuit een interesse voor grafiek die ze in Zwitserland had ontwikkeld. Ze groeide op in een gezin waar de belangstelling voor kunst vanzelfsprekend was en haar keuze voor de kunstacademie niet in twijfel werd getrokken. Ze vond een natuurlijke en vanzelfsprekende manier om uitdrukking te geven aan wie ze was in het maken van tekeningen. Grafische technieken benadrukten het belang van het persoonlijke gebaar en het vinden van een beeldend handschrift. Anna Rudolf: “Als ik aan een tekening begin, weet ik op voorhand niet wat er beschikbaar is. Tijdens het tekenen ontstaat iets wat ik niet wist.”
De tekeningen van Anna Rudolf zijn zwart-wit. Kleur voegt ze spaarzaam toe. “Kleur is te bepalend. Groen is gras. Rood is bloed. Het zijn te directe associaties. Het valt mij helemaal niet op dat mijn tekeningen zwart zijn. Zelf heb ik geen kleur nodig. Ik teken niet naar de werkelijkheid. Wat ik maak komt voort uit de lijnen die ik teken. Daardoor krijg ik in de tekening iets tegenover me waarmee ik me kan verhouden en waarover ik na kan denken.”
Als ik aan een tekening begin, weet ik op voorhand niet wat er beschikbaar is. Tijdens het tekenen ontstaat iets wat ik niet wist.
Haar verhouding tot de werkelijkheid zoekt Anna Rudolf in de fotografie die ze voor een belangrijk deel wel in kleur maakt: “Ik kan niet alleen maar werken vanuit wit papier.” Ze richt zich daarbij op situaties die veelal in de stedelijke periferie te vinden zijn. Op haar foto’s is het stil. Het zijn beelden die aan de randen van de waarneming liggen, zonder mensen. Ze tonen contrasten tussen natuurlijke, weerspannige processen die zich te weer stellen tegen menselijke ingrepen.
Naast de tekeningen en foto’s maakt Anna Rudolf ruimtelijke installaties met lichtprojecties, waarin de getekende lijn is vervangen door schaduwlijnen die over elkaar heen vallen door gebruik te maken van meerdere lichtbronnen. De ruimtelijke ervaring verdubbelt of verdriedubbelt daardoor. Anders dan in de tekeningen staat er dan niets tegenover haar, maar wordt ze erdoor omgeven.
Anna Rudolf: “Ik teken met houtskool en met kroontjespen en oostindische inkt en met penseel en inkt. Mijn tekeningen maak ik op de grond. Ik sta op de tekening. In mijn werk is een wisselwerking tussen menselijke en dierlijke vormen te zien waarin ik naga wie we zijn en waar we vandaan komen. Wie zijn we en waarom doen we iets, zijn onderliggende vragen. Ik heb nergens een antwoord op, maar zoek naar mogelijkheden om er iets in het tekenen over te weten te komen.”
Het atelier van Anna Rudolf bevindt zich in de broedplaats Xpositron in Amsterdam-West. Op de tweede verdieping heeft ze een middelgroot, bijna vierkant atelier met een groot raam dat uitkijkt op een bedrijventerrein. Het uitzicht is in geabstraheerde vorm enigszins in haar tekeningen terug te vinden. Naast deze werkruimte heeft ze een klein kantoortje, een annex van waaruit ze op het werkproces kan reflecteren. De laatst weken heeft ze in haar atelier de ruimte vullende tekeningeninstallatie ‘Cell Space’ gemaakt. Ze bedekte alle wanden, de raampartij en de vloer met papier en betekende die met houtskool en inkt. Erin rondlopend krijgt het getekende de verschijning alsof je in een kraal stapt, een ruimte waarin dieren worden gehouden, een stoffige vlakte waarin wilde paarden worden getemd die zich fel verzetten tegen hun gebreidelde bestaan. De tekening is een wervelwind waarin het menselijke van het dier en het dierlijke van de mens in elkaar vervloeien.
Mijn tekeningen maak ik op de grond. Ik sta op de tekening.
Het ontstaan van deze installatie heeft ze in een time-lapse gemonteerd. Je ziet Anna Rudolf in haar zwarte werkkleding de ruimte afdekken met het tekenpapier en de tekening beginnen, uitwerken en voltooien. Ze beweegt in een natuurlijke cadans over en langs het papier, improviserend als een danseres op een ritme dat ze zelf al doende voortbrengt. Hoe meer ze vordert hoe nadrukkelijk ze zelf de gedaante aanneemt van een stuk houtskool. Ze is zelf het tekenmateriaal. Zij geeft de tekening af.